Afbeelding
Foto:

Rumoerige raadsvergadering: beledigingen, dreigementen en andere gewelddadigheden

Groesbeek, maart 1927. Krant constateert: Schadefreude

Al eerder is al eens aandacht besteed aan Groesbeeks eerste vrouwelijke raadslid Hanneke Bögels. Een niet van haar standpunt af te brengen persoon die van 1923 tot 1935 voor veel dorpspolitieke onrust zorgde. Als voorbeeld van haar 'kunne' het onderstaande bericht.

Door Gerrie Driessen,

Heemkundekring Groesbeek

Krantenbericht van 31 jan. 1927. Donderdag j.l. vergaderde de Gemeenteraad. Alle leden waren aanwezig. (…) De benoeming had plaats van leden van het HOOFDSTEMBUREAU en van de stembureaus. Mej. Bögels dankte den Voorzitter, dat zij niet in de stembureaus was opgenomen. Zij had nu meer gelegenheid om de stembureaus te controleren, want er gebeuren daar verkeerde dingen. Toen werd het rumoerig in den Raad en verschillende leden eisten met den Voorzitter nadere verklaring. Deze geliefde mej. Bögels echter niet te geven. Ze zou het later wel eens zeggen. De Voorzitter sprak zijn afkeuring uit over dergelijke verdachtmaking en de Raad gaf op ondubbelzinnige wijze blijk van instemming. De heer Van Bernebeek was daarmede echter niet tevreden en eiste bewijzen van de geuite beschuldiging, Deze bleven echter uit. Het protest, dat toen volgde klonk verder dan de raadszaal. (…)

Krantenbericht van 17 maart 1927. Gemeenteraad van Groesbeek. (..) De voorzitter opende de vergadering, wees op artikel 50 van het reglement van Orde, dat hij streng zal handhaven en vertrouwde dat deze vergadering een kalmer verloop zou hebben dan de vorige. Verder maande hij aan tot beknoptheid bij de besprekingen, met het oog op de lange agenda. Mej. Bögels raakte toen al direct in conflict met de voorzitter, dien zij verweet de vergadering niet te kunnen leiden. De voorzitter zou dit eens tonen en dreigde mej.Bögels uit de zaal te zullen doen verwijderen als zij aldus voortging. De notulen der vorige vergadering werden gelezen en goedgekeurd. Mej. Bögels was daarover echter weer niet tevreden. Er stond niet genoeg in vermeld omtrent beledigingen, dreigementen en andere gewelddadigheden, welke zich in de vorige vergadering hadden afgespeeld. De voorzitter meende echter dat de zakelijke inhoud van het behandelde behoorlijk was weergegeven en de Raad stemde hier ten volle mee in. Medegedeeld werden enige ingekomen stukken waaronder het besluit van Ged. Staten tot vaststelling van de gemeenterekening over 1925. Mej. Bögels wilde hierover het woord voeren, doch werd door den voorzitter verwezen naar de rondvraag. Burgemeester en Wethouders werden gemachtigd enz. (…) Hierop volgde geheime zitting. Na afloop hiervan verlieten de leden hun zetels, waarop de voorzitter de vergadering sloot. Mej. Bögels beklaagde zich tegenover de voorzitter geen gelegenheid te hebben gekregen voor de rondvraag. Enige nog aanwezige raadsleden gaven door het aanheffen van een vrolijk liedje blijk van Schadenfreude (leedvermaak) over de rondvraagmislukking. Mej. Bögels vond het onwaardig van die raadsleden en dreigde met wraakneming. (Einde bericht)