Voorjaarsnota en kadernota Komende jaren een tekort in Berg en Dal

Algemeen

BERG EN DAL -De gemeente Berg en Dal verwacht de komende jaren minder te besteden te hebben. De gemeente verwacht in 2019 en opvolgende jaren een tekort. Dit is voornamelijk het gevolg van lager uitvallende rijksuitkeringen. Dit blijkt uit de voorjaarsnota en kadernota die het college aan de gemeenteraad heeft aangeboden.

In de voorjaarsnota 2019 staat hoe de gemeente er nu voor staat ten opzichte van de begroting die voor dit jaar is gemaakt. Als iets gevolgen heeft voor de latere jaren, is dit ook meegenomen.

Uit de Voorjaarsnota 2019 blijkt een te verwachten tekort van 456.000 euro. Een belangrijke reden voor dit tekort is dat de gemeente Berg en Dal minder geld van het Rijk ontvangt (de algemene uitkering). Andere oorzaken zijn de toenemende kosten voor afvalinzameling, hogere exploitatielasten van zwembad De Lubert en de nieuwe taak verwarde personen/ beschermd wonen. Naast de genoemde negatieve afwijkingen zijn er ook afwijkingen die het resultaat positief beïnvloeden: hogere dividenduitkering van de Bank Nederlandse Gemeenten, hogere opbrengst toeristenbelasting en leges op kabels en leidingen. Maar per saldo een tekort. Aan het eind van het jaar weet de gemeente of er inderdaad een tekort is. Gedurende het jaar kunnen zich namelijk nog financiële ontwikkelingen voordoen, zowel negatieve als positieve.

Kadernota 2020

In de Kadernota 2020 heeft het college nieuwe ontwikkelingen opgenomen die spelen vanaf 2020. Ook heeft het college de wensen van de raad vertaald in bedragen. Hiermee kan het college gaan bouwen aan de begroting.

De gemeente heeft nog geen rekening kunnen houden met de informatie vanuit de meicirculaire (tussentijdse aanpassing van de Rijksuitkering) in haar kadernota. In onderstaande tabel is wél rekening gehouden met deze informatie. Vooral lagere uitkeringen vanuit het Rijk zorgen vooral in de komende jaren voor een knelpunt. Samengevat zien de cijfers uit de Voorjaarsnota en Kadernota er voor de komende jaren als volgt uit: 2019 - 813.000,-- , 2020 - 762.000,-- , 2021 - 384.000,-- , 2022 - 648.000,-- en 2023 761.000 euro.


Sluitende begrotingen
De gemeente werkt toe naar sluitende begrotingen. Dat betekent dat de jaarlijkse kosten en opbrengsten met elkaar in evenwicht zijn. De kadernota is een eerste aanzet hiertoe. Wethouder Sylvia Fleuren van Financiën: "Uitgangspunt is en blijft dat de gemeente haar gezonde financiële positie behoudt met daarbij een sluitende financiële begroting. Het college gaat dan ook de komende tijd werken aan het uitwerken van maatregelen om de begroting sluitend te krijgen en doet daarvoor bij de begroting voorstellen aan de gemeenteraad die op donderdag 4 juli de voorjaarsnota en kadernota behandelt.

Uitgelicht

Digitale krant