Geheel in de geest van die tijd draagt de pont de naam ‘God zij met ons’, een geruststelling voor de wachtende bedevaartgangers. Op de volgepakte pont bevinden zich verschillende Welpen en Verkenners. Deze foto toont de oorspronkelijke aanlegplaats van de veerpont, in gebruik tot 9 juli 1987. Op de achtergrond het kerkgebouw van Katwijk, het doel van die dag, want bij die kerk staat de Lourdesgrot. (foto: collectie G.G. Driessen)
Geheel in de geest van die tijd draagt de pont de naam ‘God zij met ons’, een geruststelling voor de wachtende bedevaartgangers. Op de volgepakte pont bevinden zich verschillende Welpen en Verkenners. Deze foto toont de oorspronkelijke aanlegplaats van de veerpont, in gebruik tot 9 juli 1987. Op de achtergrond het kerkgebouw van Katwijk, het doel van die dag, want bij die kerk staat de Lourdesgrot. (foto: collectie G.G. Driessen) Foto: Archief G.G. Driessen

Bedevaartgangers gaan in Mook met de veerpont ‘God zij met ons’ Maas over, 1947

Zoals in de vorige aflevering werd vermeld, was het tijdens de Tweede Wereldoorlog niet mogelijk naar Kevelaer te trekken. Om de eeuwenoude bedevaarttraditie in stand te houden, werd in 1943 besloten naar Katwijk aan de Maas te gaan. De jaarlijkse bedevaart naar Kevelaer werd hervat in 1949. De bedevaartgangers, merendeels volwassen gelovigen, gingen daar per bus naar toe. 

Door Gerrie Driessen,
Heemkundekring Groesbeek

De jonge generatie kreeg de traditie van het ‘op bedevaart gaan’ ingeprent tijdens hun tocht naar Katwijk. Het lijkt erop, dat de jongens het aan het eind van de jaren vijftig lieten afweten.

Deze conclusie kan ten minste worden getrokken uit de aanhef van een in 1959 uitgegeven parochiebericht: Alle jongens van welke leeftijd ook, kunnen aan deze bedevaart deelnemen. Vertrek om 4 uur vanaf het parochiehuis. Om 6 uur avondmis, waaronder je de H. Communie kunt ontvangen, als je 3 uur van te voren niet gegeten hebt en 1 uur tevoren niet gedronken (tenzij water). Onderweg zal de rozenkrans worden gebeden en liederen worden gezongen. (Rozenkrans: het bidden van vijftig ‘weesgegroetjes’ en vijf ‘Onzevaders’).

Te Katwijk aangekomen werd in de kerk een korte H. Mis bijgewoond en ter communie gegaan. Daarna begaf men zich naar de Lourdesgrot waar door de meesten een kaarsje werd opstoken en de H. Maria om bijstand werd gevraagd. Pas daarna kon de dorst worden gelest en de honger gestild, wat vooral bij warm weer werd ervaren als een zware penitentie (boetedoening). Na gelaafd te zijn liep men zingend en biddend terug naar Groesbeek.