Einde oneigenlijke verzoeken in gemeente

BERG EN DAL – De gemeente Berg en Dal maakt een einde aan de oneigenlijke verzoeken op grond van de wet openbaar bestuur (WOB) en de Wet hergebruik van overheidsinformatie (Who). Sinds 2013 worden bestuursorganen in Nederland en dus ook in Berg en Dal geconfronteerd met de oneigenlijke verzoeken op grond van de WOB.

De indieners van deze verzoeken misbruiken deze wet, omdat zij de verzoeken indienen met een ander doel dan waarvoor de wet in het leven is geroepen. Misbruikers zijn alleen uit op financieel gewin door het opstrijken van dwangsommen en proceskosten vergoedingen. In 2014 heeft het toenmalige college van Groesbeek al besloten de elektronische weg voor het indienen van Wob verzoeken af te sluiten, omdat het aantal oneigenlijke Wob verzoeken enorm toegenomen was, vooral bij de gemeente Ubbergen en Millingen aan de Rijn. Ook die gemeenten hebben in datzelfde jaar de elektronische weg afgesloten voor het indienen van Wob-verzoeken.

Op 1 oktober 2016 is de 'Wijziging van de Wet openbaarheid van bestuur' in verband met aanvullingen ter voorkoming van misbruik in werking getreden. Deze wet heeft tot doel misbruik van de Wob en Who te voorkomen door de dwangsom bij niet tijdig beslissen niet langer van toepassing te laten zijn. Hiermee wordt voorkomen dat Wob en Who verzoeken worden ingediend die niet gericht zijn op het verkrijgen dan wel hergebruiken van informatie, maar op het innen van dwangsommen als een bestuursorgaan niet tijdig beslist. Door het afsluiten van de elektronische weg is misbruik de afgelopen jaren afgenomen en worden er beduidend minder oneigenlijke verzoeken ingediend.